Op zondag 8 november 2020 heb ik voor de allereerste keer een kerkdienst mogen leiden. De hervormde gemeente Barneveld was zo gastvrij om mij een preekbeurt te geven in het kader van mijn studie Theologie. Mijn allereerste preek ging over Jesaja 58:1-11, waarbij vers 11 opspringt als een prachtige belofte.
Eerlijk is eerlijk, ik was een klein beetje zenuwachtig. Het is een hele verantwoordelijkheid om een hele dienst te leiden en het woord van God te mogen verkondigen vanaf de kansel. Maar de zenuwen vielen al snel van me af. De Here gaf me rust om Zijn woord te brengen. Ik heb er van genoten! Ik ben dankbaar voor de vele bemoedigende reacties en dat mensen zich geraakt weten door de preek. Ik bid dat de Heilige Geest iedereen aanraakt die deze preek hoort, zodat het lichaam van Christus gaat functioneren zoals het zou moeten. Wat ik daarmee bedoel? Dat hoor je in de preek š
Tot februari 2021 zal ik nog een aantal keer voorgaan. In Barneveld, zoals het er nu naar uitziet, in de Goede Herderkerk en in zorgcentrum Nebo, En in Amsterdam bij de pioniersplek ‘Betondorp bloeit!’.
Hieronder vind je mijn uitgeschreven preek.
Jesaja 58:1-11
Oei Oei. Dat is niet best. Beetje beteuterd kijk ik naar de grond. Mijn buurman gaat te keer. En ik had nog wel zo leuk gespeeld. Als klein kind was ik nogal impulsief. De buurman had net nieuwe bloemetjes in zijn tuin gepoot. Maar ja, wat er in gaat, kan er ook weer uit. Daar was ik heel druk mee geweest. Mijn ouders vonden het niet grappig, terwijl ik toch echt heel leuk had gespeeld. Mijn ouders waren kwaad. Naar je kamer! (wijzen). Ik moest naar mijn kamer en moest daar een poos blijven. Gelukkig was het nooit voor eeuwig. Als ik sorry zei, was het weer goed. Dan mocht ik weer naar buiten.
2 Met het voornemen om me te gedragenā¦ maar of dat nou zo goed gingā¦ Regelmatig kreeg ik waarschuwingen. Als je zo doorgaat, kan je weer naar je kamer vertrekkenā¦
3 Mijn persoonlijke voorbeeld lijkt wel op wat IsraĆ«l meemaakt. Ook voor IsraĆ«l zwaait er watā¦
4 Voordat we verder gaan, is het belangrijk om te weten dat het vandaag zendingszondag is.
5 Juist omdat het vandaag over de zending gaat en we een gastspreker in ons midden hebben, kijken we naar hoe God ons wil inschakelen in Zijn missie voor de wereld.
Daarvoor kijken we eerst hoe onze situatie is,
Vervolgens kijken we naar wat Gods missie is
En tot slot kijken we hoe wij mee kunnen doen in Gods missie
ONZE SITUATIE
6 We kijken dus eerst naar onze situatie, hoe wij ervoor staan. Daarvoor pakken we Jesaja 58 erbij. Hier is serieus wat aan de hand. Er wordt geschreeuwd. Er wordt op de ramshoorn geblazen. Je kan twee tonen op de ramshoorn blazen, en dat geluid is tot heel ver te horen. Zo wordt het gebruikt om religieuze feestdagen als Grote Verzoendag aan te kondigen. Ook wordt de ramshoorn gebruikt om alarm te slaan. In onze tekst klinkt er een waarschuwingssignaal via de ramshoorn, samen met een hoop geschreeuw. Er is iemand flink boos. En dat is God. Waarom?
7 Daarvoor duiken we heel even de geschiedenis in.
Jesaja wordt in 740 voor Chr. door God geroepen als profeet. Op dit punt in de geschiedenis is Israƫl door de zonden van koning Salomo gescheurd in het noordelijke tien stammenrijk van Israƫl en het zuidelijke twee stammenrijk van Juda.
De koningen van het noordelijke rijk doen wat kwaad is in de ogen van de Here. Ze vertrouwen op buitenlandse koningen en trouwen met hun dochters, waardoor afgodenverering en geestelijk verval toeslaat. Ook houden zij zich niet aan Gods wetten. Als straf veegt het grote Assyriƫ het noorden van de kaart.
Ook het Zuiden, Juda, ontwikkelt zich tot een zondige samenleving. Er is corruptie, oneerlijke rechtspraak, losbandigheid, afgodenverering en onrecht. Zo wordt er bijvoorbeeld niet naar de armen omgekeken. Ook wordt de tempel van God ontheiligd. Gods wetten doen er niet meer toe.
Jesaja waarschuwt de koningen en het volk van Juda dat zij op God moeten vertrouwen en zich moeten bekeren, omdat anders God ze zal straffen en hen zal verbannen. En dat gebeurt uiteindelijk ook. Jeruzalem wordt verwoest en het volk van Juda wordt in ballingschap weggevoerd naar Babel, dat inmiddels de macht in het Midden-Oosten heeft overgenomen van Assyriƫ.
8 Wat hier in de geschiedenis gebeurt, beschreef ik aan het begin van de preek met mijn eigen voorbeeld. Er wordt gewaarschuwd. Er wordt niet geluisterd. Dus word je voor straf naar je kamer gestuurd. In dit geval wordt het twee stammenrijk Juda voor straf naar BabyloniĆ« gestuurd. Maarā¦ De Here God heeft via de profeet Jesaja beloofd dat zij niet voor eeuwig op hun kamer hoeven te blijven zitten. Hij heeft beloofd dat ze terug zullen keren naar hun eigen land en weer in vrijheid mogen leven. Niet voor niets betekent de naam van Jesaja āDe Here heeft geredā. Die hoopvolle profetie is werkelijkheid geworden, en een kleine groep mensen is teruggekeerd naar het land Juda.
9 In Jesaja 58 is de Here God boos op deze mensen. Je zou zeggen dat zij geleerd hebben van de ballingschap, maar niets is minder waar. Opnieuw gaat het mis. Opnieuw is er afgodendienst. Er vindt onrecht plaats. De wetten van God worden overtreden. En de overtuiging heerst onder de mensen dat ze een vrijbrief hebben om te doen wat ze willen, omdat zij het volk van God zijn en dus automatisch bij Hem horen.
Vanuit gewoonte doen ze wat godsdienstige dingen, zoals vasten. Dat betekent dat ze niet eten, om zich zo op God te richten.
Zelf zijn ze dik tevreden met hun godsdienst. Ze vinden er vreugde in. Ze begrijpen niet waarom God niet reageert op hun vasten en bidden, en niet blij met hen is.
Tja, hoe zou dat nou komen?
God is boos over hun hypocriete gedrag.
Ze zeggen het een, maar ze doen het ander.
Ze zijn vroom, maar doen wat verkeerd is.
Vasten is namelijk gƩƩn godsdienstige plicht.
De wet van Mozes schrijft vasten alleen voor op Grote Verzoendag. Verder niet. Nu zien we in de Bijbel dat er wel vaker wordt gevast, maar dat is vrijwel altijd op vrijwillige basis en de mensen nemen het serieus. Dat is hier niet het geval. Ze doen vroom. En ze vinden dat zij de waarheid in pacht hebben, maar ondertussen doen ze waar ze zelf zin in hebben. Ze maken ruzie. Beulen hun medewerkers af. Geven een slecht loon. Kijken niet om naar armen en vreemdelingen uit andere landen. Zij laten onrecht in de samenleving bestaan.
10 Gemeente, in vers 1 wordt āhet huis van Jakobā aangesproken op hun zonden. Daarmee wordt met nadruk Gods volk bedoelt. Wij zijn in IsraĆ«l ingeĆ«nt en mogen ons ook tot Gods volk rekenen. Hoe zijn wij, als volk van God, als Gods kinderen, eraan toe? Zijn wij ook ingenomen met onszelf en onze godsdienst? Zijn wij blij omdat wij de waarheid in pacht hebben? Zijn wij de enige goede christenen? Ondertussen maken we als christenen onderling ruzie. Ondertussen maken we ons druk over ons geld, over ons gezin en verzamelen we heel veel luxe spullen. Zijn dat niet onze afgoden? Ondertussen willen we geen asielzoekers in ons land. Ondertussen laten we mensen aan hun lot over. Ondertussen vertellen we de mensen om ons heen niet over Jezus. Sterker nog, ondertussen laten we met gemak mensen in onze omgeving verloren gaan. Hoe kunnen zij gered worden, als niemand ze het evangelie vertelt? God houdt niet van hypocrisie. Hoe hypocriet zijn wij? Zou het daardoor komen dat God niet altijd op onze gebeden lijkt te reageren?
GODS MISSIE
11 Nu zouden we kunnen zeggen: okƩ, God is boos over onze hypocrisie en daarvoor worden we vanmorgen op de vingers getikt. En daarmee is het klaar. Maar nee, het is nog niet klaar. Want er speelt nog iets heel anders mee op de achtergrond. Gods boosheid heeft een diepere laag. Gods boosheid is gericht tegen een volk dat niet mee wil doen in Zijn missie voor deze wereld. Wat is die missie? Dat is het tweede punt in deze preek.
Wat is Gods missie?
12 Hiervoor kijken we naar Exodus 19:6. De Here God sluit een verbond met IsraĆ«l op de berg SinaĆÆ. En dan staat er:
U dan, u zult voor Mij een koninkrijk van priesters en een heilig volk zijn. Toen antwoordde heel het volk gezamenlijk en zei: Alles wat de HEERE gesproken heeft, zullen wij doen! En Mozes bracht de woorden van het volk weer over aan de HEERE.
God heeft Israƫl te midden van alle andere volken uitgekozen als Zijn volk. Maar Israƫl staat niet los van die andere volken. Zij zijn een koninkrijk van priesters. Dat wil zeggen, dat Israƫl tot zegen zal zijn voor al die andere volken. Dat heeft God aan Abraham belooft en dat wordt hier bevestigd. Deze belofte geldt nog steeds, ook voor ons, omdat we zijn ingeƫnt in Israƫl. Ook wij zijn Gods volk. De apostel Petrus past deze woorden dan ook expliciet toe op de gemeente van Christus. Ook wij hebben dus de taak tot zegen te zijn voor de mensen en tot zegen te zijn voor de volken om ons heen. Ook wij spelen een rol in het grote heilsplan van God! [Stilte] Ook wij spelen een rol in het grote heilsplan van God.
13 Maar als we dan priesters moeten zijn, wat houdt dat priesterschap in?
Een priester stond in het midden tussen God aan de ene kant en het volk aan de andere kant. In die tussenpositie had de priester een tweeledige functie:
– hij vertegenwoordigde God bij de mensen. Het volk leerde God kennen door de priesters die onderwijs gaven en over God vertelden.
– en hij vertegenwoordigde de mensen bij God. De priester goot als een zondig mens bloed langs het altaar dat God vertegenwoordigde, als verzoening van zonden. Dat bloed lijkt raar en vies, maar in de bijbel staat bloed voor het leven. Om diezelfde reden geeft het bloed van Jezus ons een nieuw leven.
Priesters hebben dus de taak om God te vertegenwoordigen bij de mensen, en de mensen bij God. Het gaat hier niet alleen om dominees of ambtsdragers of zendelingen. God spreekt iedereen aan, het collectief.
Nog een keer. Als priesters vertegenwoordigen wij God in de wereld. En als priesters vertegenwoordigen wij de mensen bij God. Hij heeft ons verlost, om namens Hem verlossende woorden te spreken en bevrijding te brengen in de wereld. Hij heeft ons gezegend, om namens Hem een zegen te zijn.
Priesterschap is bij uitstek een missionaire opdracht, gericht op de wereld. Wij zijn die priesters. Wij hebben de taak om God te vertegenwoordigen in de wereld en Zijn missie uit te voeren. Die missie is: tot zegen te zijn voor de wereld. En dat kan op allerlei terrein, omdat Gods missie gericht is op Zijn hele schepping. Het gaat om mensen te vertellen over de redding in Jezus Christus. Het gaat om zorg voor de armen. Het gaat om zorg voor het milieu. Het gaat om inzet voor goede doelenā¦
We hebben ook de taak om mensen te vertegenwoordigen bij God. Wij horen vurig voor hen te bidden, voor verlossing en behoud. Daarom doen we in de kerk voorbede voor de wereld, ons land, onze regering en de mensen om ons heen. Wij horen de wereld te zien zoals God die ziet. Vol liefde, gericht op het behoud van mensen. Johannes 3:16 zegt: Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.
HOE KUNNEN WIJ MEEDOEN IN GODS MISSIE?
14 Meedoen in Gods missie betekent dat we een heilig volk moeten zijn. Nogmaals Exodus 19: U dan, u zult voor Mij een koninkrijk van priesters en een heilig volk zijn.
We moeten dus gekenmerkt worden door een heilig leven.Als ik jonge mensen vraag wat heilig betekent, dan weten ze vaak wel dat het betekent dat we apart zijn gezet. Maar wat betekent apart gezet zijn? Dat betekent dat we apart zijn gezet met een doel, en dat doel is God.
IsraĆ«l kreeg de opdracht om als apart gezet volk een afspiegeling te zijn van JHWH, die zichzelf openbaarde als een heel andere God dan de afgoden van al die andere volken. Ook wij zijn met IsraĆ«l geroepen om anders te zijn dan de mensen om ons heen met hun afgoden. Ook wij zijn geroepen de wereld niet gelijkvormig te zijn, en ons niet te laten meeslepen met de afgodendienst van onze tijd. Een van die afgoden is het IK ā alles draait om mij, ik mag zelf weten wat ik doe. Een andere afgod is LUXE ā alles draait om spullen, om meer, om het nieuwste. En zo kan ik er nog wel een paar noemen. Wij moeten anders zijn! Dat is niet een wens van God, nee, het is een gebod van God. Daarom hebben we vanmorgen de 10 geboden gelezen. Omdat onze levensstijl anders hoort te zijn dan van de mensen om ons heen. Wees heilig, want Ik ben heilig, zegt de Heer (Lev19). Als we niet anders zijn dan de mensen om ons heen, waarom zouden zij dan interesse in onze God hebben? Wil de wereld weten wie de levende God is, dan moet Zijn karakter zichtbaar worden in het gedrag van Zijn kinderen. [herhaal]
15 Hoe moeten we dan anders zijn? In Jesaja 58 wordt dat uitgewerkt op basis van de wetten die Israƫl eerder heeft ontvangen. Dit kan worden samengevat als: je uitspreken tegen ongerechtigheid in de wereld en je inzetten voor gerechtigheid. Ons anders zijn betekent ons uitspreken tegen al het kwaad en verkeerde dingen in de wereld, en het actief brengen van het goede, de juiste dingen. Naast dat we geroepen zijn om de mensen om ons heen te vertellen over de levende God van de Bijbel, zijn we dus geroepen om de wereld te dienen met onze daden. Als we zo leven, dan zal volgens vers 8 ons licht doorbreken als de dageraad; dat wil zeggen dat we tot zegen zullen zijn voor een wereld die vol duisternis is. En God zal antwoorden op ons gebed, zegt Jesaja 58:9. Als we Hem aanroepen, zal Hij zeggen: Zie, hier ben ik. Als je nu te weinig een licht bent voor de wereld, belijdt dat aan de Here en Hij zal vergeving schenken. Het gebruik van de ramshoorn en het vasten in onze tekst wijzen ons op Grote Verzoendag, waar de Here vergeving schenkt en opnieuw met ons begint.
16 En als je dan opnieuw begint met de Here en in actie komt om Zijn missie uit te voeren, dan krijg je prachtige beloften mee. Als wij in actie komen, actief gemaakt door de Heilige Geest, dan komt God op Zijn beurt ook in actie. In vers 11 belooft Hij ons voortdurend te leiden. We staan er niet alleen voor. God is met ons en Hij laat ieder van ons zien op welk onderdeel van Zijn missie wij ons mogen richten. Dat vraagt verlangen en voortdurend gebed om de wil van onze God te doen. Vers 11 zegt vervolgens dat God ons zal verzadigen. Ons dorre christelijke leven wordt weer sprankelend. Prachtig! Wat een belofte! We zullen vrucht dragen. Dat betekent dat we andere mensen tot zegen zullen zijn, en dat we zelf van die vrucht mogen genieten. Jesaja 58 zegt dat als wij in beweging komen en Gods missie oppakken, Hij ZAL zegenen. Daar is geen twijfel over mogelijk. Als jij in beweging wordt gezet door de Heilige Geest, krijgt je geloof een nieuwe boost. Zelfs zo sterk, dat je een bron van levend water wordt, zegt vers 11.
17 Jesaja profeteert in dit 11e vers over de Heilige Geest. Wij leven na de komst van Jezus en mogen weten dat de Heilige Geest inmiddels in deze wereld is gekomen. In Johannes 7 roept ook Jezus ons op om in beweging te komen. We lezen:
En op de laatste, de grote dag van het Loofhuttenfeest, stond Jezus [daar] en riep: Als iemand dorst heeft, laat hij tot Mij komen en drinken. Wie in Mij gelooft, zoals de Schrift zegt: Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien. (En dit zei Hij over de Geest, Die zij die in Hem geloven, ontvangen zouden; want de Heilige Geest was er nog niet, omdat Jezus nog niet verheerlijkt was.)
Iedereen die gelooft en bij Jezus komt, ontvangt de Heilige Geest. Deze Geest woont in ons, maar is niet alleen voor onszelf om blij en gelovig te zijn. Nee, deze Heilige Geest stroomt vanuit ons hart de wereld in. Deze Heilige Geest leidt ons bij het uitvoeren van Gods missie in de wereld. Zo helpt de Heilige Geest ons om tot zegen te zijn voor de wereld.
AFSLUITING
Aan het begin van de preek deed ik verkeerd. Ik luisterde niet goed naar mijn ouders en deed daardoor niet wat de bedoeling was. Vanmorgen hebben we gezien dat we ook als gemeente van Christus niet altijd goed luisteren naar onze Vader. Hij waarschuwt ons dat wij niet hypocriet moeten zijn. En Hij bemoedigt ons en vuurt ons aan om Zijn missie te gaan doen voor deze wereld.
Maar hoe start je hier nou mee?
Daarvoor gebruik ik een voorbeeld uit Betondorp, een aandachtswijk in Amsterdam, waar ik momenteel stage loop op een pioniersplek.
Daar kom ik een man tegen die nauwelijks buiten de deur komt. In een van die spaarzame momenten dat hij een boodschapje deed, had hij gehoord dat een gezin in de wijk corona heeft. Hij heeft bij de Action een spatscherm gekocht. En nu is hij onderweg naar dit gezin om ze te bemoedigen en te vragen of ze hulp nodig hebben.
Deze man gaat volledig buiten zijn comfort zone door naar dit gezin toe te gaan. En dat niet alleen. Hij bereidt zich voor door zoān spatscherm te kopen en hij offert tijd op.
Ook wij moeten buiten onze comfort zone komen. Niet zo makkelijk en veilig binnen de kerk blijven, of op de bank thuis. Nee, we moeten de wereld in. Het gebed is onze voorbereiding. Zodat de Heilige Geest ons wijst welke weg wij mogen gaan en voor wie wij een zegen mogen zijn. Jezus stuurt ons erop uit, ook komende week, met de woorden:
Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen. En zie, Ik ben met u al de dagen, tot de voleinding van de wereld.
AMEN
Recente reacties